Achillespeesscheur

Inleiding

Uw arts heeft vastgesteld dat u een scheur in de achillespees heeft, ook wel een achillespeesruptuur genoemd. Op deze pagina leest u wat dit precies betekent en welke behandelmogelijkheden er zijn.

Achillespeesruptuur

Wat is een achillespeesruptuur?

De achillespees is de grootste pees in ons lichaam. Deze verbindt de kuitspieren met het hielbeen en kan grote krachten aan. Een achillespeesruptuur is een scheur in deze pees. Dit gebeurt meestal plotseling, bijvoorbeeld tijdens het sporten of bij een snelle beweging. U voelt dan vaak een scherpe pijn laag achter in de kuit of bij de enkel. Daarna is lopen vaak moeilijk of niet meer mogelijk.

Diagnose en onderzoek

De arts onderzoekt uw been om vast te stellen of er sprake is van een achillespeesruptuur. 

Dit gebeurt meestal met de Thompson-test. Daarbij ligt u op de buik of zit u op de knieën. De arts knijpt in uw kuitspier. Als uw voet niet beweegt, duidt dat op een scheur in de pees.

Vaak is ook een kleine deuk (delle) voelbaar op de plaats van de scheur. Deze onderzoeken zijn betrouwbaar. In de meeste gevallen is geen aanvullend onderzoek nodig om de diagnose te bevestigen.

De behandeling

  • Op de Spoedeisende Hulp (SEH) of op de gipskamer krijgt u een spalk of gips. Zo nodig schrijft de arts pijnstillers voor. Houd uw been zoveel mogelijk hoog om zwelling te voorkomen. Beweeg intussen regelmatig uw heup, knie en tenen om deze soepel te houden.

Er zijn 2 manieren om een achillespeesruptuur te behandelen:
1. Zonder operatie: met een gipsbehandeling.
2. Met operatie: waarbij de pees wordt gehecht.
In de meeste gevallen kiezen we voor de niet-operatieve behandeling.

Behandeling met gips

U krijgt een gipsspalk waarbij uw voet iets naar beneden (in spitsstand) wordt geplaatst. Deze blijft 2 weken zitten. In deze periode mag u nog niet op het gips lopen. De gipsverbandmeester begeleidt u de eerste weken bij het herstel. Na ongeveer 6 weken komt u op controle bij uw behandelend arts.

Na 2 weken
U krijgt een afneembaar gips met uw voet nog steeds in spitsstand. U mag het been voorzichtig gaan belasten, afhankelijk van de pijn. Zet niet af met uw tenen. U kunt beginnen met oefeningen 1, 2 en 3. Haal het gips alleen af om te oefenen.

Na 4 weken
U krijgt een nieuw afneembaar gips waarin uw voet in een rechte hoek (90°) staat. Hiermee mag u volledig belasten, maar nog steeds niet afzetten met de tenen. U kunt nu oefeningen 1 tot en met 5 doen.

Na 6 weken
Tijdens de controle afspraak wordt het gips verwijderd en onderzoekt de arts uw been. U mag dan weer uw eigen schoenen dragen. Neem stevige veterschoenen mee. U mag weer lopen zonder gips, maar nog niet op de tenen staan of afzetten. U kunt nu oefeningen 1 tot en met 6 uitvoeren.

De operatieve behandeling

Als gekozen wordt voor een operatie, krijgt u vooraf een gips in spitsstand. De operatie gebeurt meestal in dagbehandeling, onder narcose of met een ruggenprik. De chirurg maakt enkele kleine sneetjes om de pees te hechten. Daarna krijgt u opnieuw een gips in spitsstand voor 10 tot 14 dagen.

Controle en herstel na de operatie

Na 10 tot 14 dagen
U krijgt een achillotrain (figuur 1) en een extra hakverhoging. U mag dan beginnen met lichte oefeningen (1, 2 en 3) en voorzichtig lopen met steun. 

Achillotrain
Figuur 1

Gebruik van de achillotrain

U draagt de achillotrain in een stevige veterschoen (bij voorkeur een loop- of wandelschoen). U mag de achillotrain alleen 's nachts en met douchen afdoen. 


Met de Achillotrain mag u volledig op uw been steunen en dus zonder krukken lopen. Begin met kleine stapjes waarbij u de voeten bijsluit. Bouw dit langzaam op naar doorstappen, maar zonder krachtig af te zetten op de voorvoet. De gipsverbandmeester legt u uit hoe u dit het beste kunt doen.

Denk eraan stevige veterschoenen mee te nemen naar het ziekenhuis.


Na 4 weken 

U verplaatst het losse zooltje naar de gezonde voet. U loopt dan met een Achillotrain met één hakverhoging (deze zit in de brace zelf). Deze fase duurt ongeveer 2 weken. U mag nu oefeningen 1 tot en met 5 doen.
Na 6 weken
Na 6 weken mag de Achillotrain uit. U blijft doorgaan met oefenen en kunt nu oefeningen 1 tot en met 6 doen. U komt dan ook op controle bij uw behandelend arts
Na 8 weken
Vanaf 8 weken mag u naast de oefeningen voorzichtig beginnen met afzetten vanaf de voorvoet.

De voordelen van de operatieve behandeling  

  • U hoeft minder lang gips te dragen (na 2 weken vervangt de Achillotrain het gips).
  • De kans dat de pees opnieuw scheurt is iets kleiner (2-4% tegenover 4-10% bij de niet-operatieve behandeling).

De nadelen van de operatieve behandeling  

  • De operatie gebeurt onder narcose of met een ruggenprik.
  • Er is een klein risico op infectie van de operatiewond.
  • Soms kan er tijdelijk pijn ontstaan bij de kleine sneetjes in het hielbeen, door de hechtdraden. Deze pijn verdwijnt zodra de pees genezen is en de draden zijn opgelost.

Aanvullende informatie

Nacontrole: Na 3 maanden komt u voor controle bij uw arts.
Sporten: Begin rustig, in overleg met uw arts of fysiotherapeut. Wedstrijdsport kan meestal pas na 9 maanden.
Douchen: Houd het gips droog met een douchehoes of plastic zak. Als u een afneembaar gips of Achillotrain heeft, mag u deze afdoen tijdens het douchen.
Traplopen:
• Omhoog: eerst het gezonde been, daarna het geblesseerde been bijzetten.
• Omlaag: eerst het geblesseerde been, daarna het gezonde been bijzetten.
Zet uw voet plat neer en vermijd afzetten met de tenen. Na 12 weken mag u weer normaal traplopen.

Overzicht behandeling en oefeningen

Week

Behandeling 
met gips

Operatief

Oefeningen

Traplopen

0-2

Vast gips in spits, onbelast

Tot aan de operatie en vanaf de operatie nog 2 weken vast gips in spitsstand, onbelast

Tenen wiebelen, been hoog leggen 

Onbelast 

2-4

Afneembaar gips in spits. Opbouwend belasten met krukken, niet afzetten op de tenen.

Achillotrain met hakverhoging 

1,2 en 3

Bijzetten 

4-6

Afneembaar gips in 90 graden. Opbouwend belasten, niet afzetten op de tenen.

Achillotrain, extra hakje naar niet-aangedane zijde 

1 t/m 5

Bijzetten 

6-12

Normale (stevige) schoen 

Normale (stevige) schoen 

1 t/m 6

Bijzetten 

>12

Normale (stevige) schoen 

Normale (stevige) schoen 

1 t/m 6

Normaal

Oefeningen

Oefening 1

Uitgangshouding: zittend op een tafel of hoge stoel. 

Uitvoering: U moet het gips regelmatig afdoen (3-5 keer per dag) om met afhangend onderbeen in zithouding te oefenen.  

 

Daarbij trekt u de voet rustig omhoog totdat de voetzool horizontaal staat (dit is 90 graden t.o.v. het onderbeen en beslist niet verder!) 

Daarna ontspant u de voet weer en herhaalt u de oefening.  Doe deze oefening in totaal 10 keer.

Oefening 2

Uitgangshouding: Ga rechtop zitten op een stoel

Uitvoering: schuif uw aangedane been over de vloer door uw knie te buigen. Houd dit vast. 

Strek uw been hierna weer zo ver mogelijk uit, en beweeg weer terug. U kunt eventueel een handdoek onder uw voet leggen om het schuiven makkelijker te maken. Beweeg uw enkel niet verder dan 90 graden.

Doe deze oefening in totaal 10 keer.

Oefening 3

Uitgangshouding: Ga met uw benen gestrekt zitten.

Houd uw knieën recht, richt uw tenen zo ver mogelijk naar beneden 

Uitvoering: Wijs vervolgens uw tenen zo ver als u kunt omhoog, en keer terug naar de neutrale stand. Uw knieën blijven tijdens deze oefening gestrekt. 

Beweeg uw voet niet voorbij de 90 graden. 

Doe deze oefening in totaal 10 keer.

Oefening 4

Uitgangshouding: Ga rechtop op de grond zitten met uw benen voor u en met de bal van uw voet plat tegen een muur. Houd uw knieën gebogen, en steun eventueel met uw armen.

Uitvoering: duw uw tenen tegen de muur alsof u van de muur af probeert te komen. 

Breng de kracht van uw tenen in evenwicht door ze door uw armen te fixeren om te voorkomen dat u van de muur wegglijdt.

Doe deze oefening in totaal 10 keer.

Oefening 5

Uitgangshouding: Ga rechtop op de grond zitten met uw benen gestrekt voor u en uw voetzolen plat tegen een muur.

Uitvoering: Houd uw knieën recht, duw uw tenen tegen de muur alsof u probeert uw hielen op te tillen. 

Breng de kracht van uw tenen in evenwicht door uw armen te fixeren op de grond om te voorkomen dat u van de muur wegglijdt. Houd deze positie vast. 

Doe deze oefening in totaal 10 keer.

Oefening 6

Uitgangshouding: Zit rechtop op een stoel

Uitvoering: probeer uw knieën omhoog te bewegen vanuit uw tenen. Beweeg daarna weer terug tot uw voeten plat op de grond staan. Herhaal deze beweging.

Doe deze oefening in totaal 10 keer.

Contact

Opmerkingen

Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?

Ziet u teksten of afbeeldingen met auteursrechten die wij niet hebben vermeld?

Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.

Disclaimer

Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.

scroll terug naar boven