Alles wat je wilt weten over het compartimentsyndroom
Het compartimentsyndroom is een aandoening waarbij de druk in een spiercompartiment (een groep spieren omgeven door een stevig vlies) te hoog oploopt tijdens lichamelijke inspanning. Dit veroorzaakt pijn, een strak gevoel, tintelingen of spierzwakte, vooral bij sporten zoals hardlopen, voetbal, hockey of schaatsen.
De symptomen zijn pijn in het onderbeen binnen 30 minuten na het begin van inspanning, een strak gevoel, gespannen onderbeenspieren, verzuring, en soms tintelingen of een dof gevoel. De klachten verminderen meestal zodra je stopt met de inspanning.
De diagnose wordt vaak snel gesteld, maar als er twijfel is, kan een drukmeting worden uitgevoerd. Dit gebeurt door een sportarts met een drukmeter die in de spier wordt ingebracht tijdens inspanning op een loopband. Tijdens de meting krijgt u een plaatselijke verdoving.
Ja, de basisbehandeling bestaat uit aanpassingen in de looptechniek, fysiotherapie met oefeningen en krachttraining, massages, gebruik van een foamroller, steunzolen, en het doseren van sportbelasting.
Bij een operatie wordt het vlies om het spiercompartiment geopend, zodat de spier normaal kan opzwellen bij inspanning. Deze operatie wordt een fasciotomie genoemd.De operatie gebeurt in dagbehandeling. U kunt kiezen voor volledige narcose, of wakker blijven met een ruggenprik. Dagbehandeling betekent dat u enkele uren na de operatie weer naar huis kunt. U krijgt dan instructies mee naar huis voor uw verdere herstel na de operatie. Ook krijgt u een verwijzing voor fysiotherapie voor training onder begeleiding.
Het herstel is afhankelijk van de ernst van de klachten. Bij milde klachten verbeteren de klachten meestal snel met een aanpassing van de belasting.
Na een operatie kunt u na enkele uren naar huis en krijgt u instructies mee naar huis voor uw verdere herstel. Iedere patiënt bij VieCuri wordt verwezen naar fysiotherapie voor training onder begeleiding. Belangrijk is dat het been in beweging blijft, anders bestaat de kans dat de vliezen weer aan elkaar vastgroeien.
Is er bij de operatie sprake van een kleine snee, dan kan negentig procent van de mensen na een half jaar weer zonder beperkingen sporten. Opereren we aan de voor- en achterkant van het been, dan is dat zeventig tot vijfenzeventig procent. Bij vijfentwintig tot dertig procent van deze groep kunnen de klachten in meer of mindere mate terugkomen. Dan kijkt de chirurg samen met de sportartsen, die een nieuwe meting uitvoeren, of er opnieuw geopereerd moet worden.
Het compartimentsyndroom kan leiden tot pijn tijdens of na inspanning, wat je prestaties beïnvloedt. Je kunt last hebben van gespannen onderbeenspieren, een strak gevoel, pijn en verzuring. Soms ook tintelingen en een dof gevoel.
Een onbehandeld compartimentsyndroom gaat niet vanzelf over. Worden uw klachten niet minder nadat u bovenstaande adviezen heeft gevolgd? Een operatie kan dan nodig zijn.
Het is belangrijk de sportbelasting goed te doseren en te werken aan de juiste looptechniek. Ook kunnen fysiotherapie en gerichte oefeningen je helpen om de klachten te verminderen, zodat je weer verantwoord kunt trainen. Steunzolen kunnen helpen bij een platvoet of een doorgezakte voet. Als deze adviezen niet helpen, kan een operatie nodig zijn.
