Het voorspellen van risico's bij blaaskankerchirurgie: de rol van lichaamssamenstelling

Blaaskanker is een ingrijpende diagnose die in sommige gevallen leidt tot een van de meest complexe operaties in VieCuri: de blaasverwijdering, oftewel de radicale cystectomie. Hoewel deze operatie levensreddend kan zijn, brengt ze ook aanzienlijke risico's op complicaties en sterfte met zich mee. Binnenkort start in VieCuri een onderzoek naar factoren die deze risico's mogelijk beter kunnen voorspellen – met bijzondere aandacht voor de rol van lichaamssamenstelling.

Van samenwerking naar innovatie

De urologen in VieCuri werken intensief samen met collega’s uit de OncoZON-regio, een netwerk van ziekenhuizen in Zuid-Oost Nederland dat expertise bundelt op het gebied van oncologische zorg. Deze samenwerking biedt ook de mogelijkheid om gezamenlijke onderzoeksprojecten op te zetten. Het huidige onderzoek naar lichaamssamenstelling bij blaaskankerpatiënten waarbij de blaas verwijderd moet worden is hier een direct gevolg van. Initiatiefnemers van dit project zijn dr. Tom Hermans, uroloog bij VieCuri en MUMC+ en dr. Frits van Osch, epidemioloog bij VieCuri en tevens voorzitter van de OncoZON werkgroep onderzoek. Zij gaan samenwerken met verschillende urologen in de regio, waaronder dr.  Dennis Oerlemans werkzaam in het Laurentius Ziekenhuis Roermond.

 

Frits: "We gaan een database opbouwen van alle patiënten die de afgelopen jaren een blaasverwijdering hebben ondergaan. Dit met meer gegevens die met leefstijl te maken hebben dan reeds beschikbaar in de Nederlandse Kanker Registratie. Door deze gegevens te analyseren, hopen we beter te begrijpen waarom sommige mensen meer complicaties ervaren dan anderen en of we dit risico vooraf beter kunnen inschatten."

 

Bij veel chirurgische ingrepen wordt gekeken naar klinische parameters zoals leeftijd, conditie van het hart en de longen, en de gebruikte operatietechniek om het risico op complicaties te voorspellen. Toch lijkt dit niet het hele verhaal te vertellen, zeker niet bij een complexe ingreep als een radicale cystectomie. Eerdere studies suggereren dat ook factoren zoals spiermassa en vetverdeling een belangrijke rol kunnen spelen. "Het is bekend dat een verminderde spiermassa het herstel na een operatie negatief kan beïnvloeden," legt Tom uit. "Daarnaast is een verhoogde hoeveelheid visceraal vet – het vet rondom de organen – geassocieerd met ontstekingsreacties en complicaties. Door deze factoren systematisch te meten en gezamenlijk te analyseren hopen we een completer beeld te krijgen van het risicoprofiel van onze patiënten."

Geavanceerde technieken

Het onderzoeksteam gebruikt innovatieve technieken om de lichaamssamenstelling in kaart te brengen. Ze maken gebruik van de software MosaMatic, ontwikkeld in het Maastricht UMC+, om CT-scans te analyseren. Daarbij wordt de dichtheid van skeletspiermassa, visceraal vet en subcutaan vet (vet net onder de huid) gemeten. Deze scans worden al standaard gemaakt bij de diagnostiek van blaaskanker, dus er zijn geen extra handelingen nodig voor de patiënt.

 

Daarnaast gaat VieCuri de software CTcue gebruiken. Dit is nieuwe software die automatisch relevante gegevens uit patiëntendossiers haalt. Vanaf september 2025 zal dit onderzoek ook in meerdere ziekenhuizen plaatsvinden, waarbij gebruik wordt gemaakt van Castor EDC, een database waarin de klinische gegevens en CT-scangegevens veilig worden opgeslagen en gepseudonimiseerd kunnen worden gedeeld tussen ziekenhuizen. Door de samenwerking in de OncoZON-regio kunnen naar verwachting gegevens van meer dan 1000 patiënten worden geanalyseerd.

Vooruitgang in de behandeling

Het uiteindelijke doel van het onderzoek is om een model te ontwikkelen dat urologen helpt om beter in te schatten welk risico een patiënt loopt. Daarnaast kan dit helpen om de behandeling aan te passen aan de specifieke patiënt. Dat kan variëren van het aanpassen van de operatietechniek, het aanbieden van prevalidatie (een programma waarbij patiënten voor de operatie werken aan hun fysieke fitheid), tot zelfs het besluit om de operatie niet uit te voeren.

 

De focus op leefstijl en preventie sluit goed aan bij elders geïnitieerde studies waaraan de vakgroep Urologie in VieCuri deelneemt. Zo wordt in de ENHANCE-studie gekeken naar het effect van prevalidatie bij blaaskankerpatiënten, terwijl de proBCI-studie zich richt op factoren die de kwaliteit van leven van blaaskankerpatiënten kunnen beïnvloeden. Daarnaast draagt VieCuri bij aan het BLADPARADIGM-onderzoek, dat zich richt op het verbeteren van het diagnostisch traject bij blaaskankerpatiënten.

Een toekomst met minder complicaties

Hoewel het onderzoek nog loopt, is de verwachting dat het in de toekomst zal bijdragen aan een meer gepersonaliseerde zorg voor blaaskankerpatiënten. "Door beter te voorspellen welke patiënten een verhoogd risico lopen, kunnen we niet alleen de behandeling optimaliseren, maar mogelijk ook complicaties en kosten verminderen," beamen Frits en Tom. "Bovendien past dit perfect binnen de bredere beweging in de zorg om niet alleen ziekten te behandelen, maar ook te kijken naar preventie en het bevorderen van een gezonde leefstijl."

 

Met de resultaten van dit onderzoek zet VieCuri een belangrijke stap richting een toekomst waarin de zorg steeds beter wordt afgestemd op de individuele patiënt. En dat betekent: minder complicaties, sneller herstel en uiteindelijk een betere kwaliteit van leven voor blaaskankerpatiënten.

Datum

18 juni 2025

scroll terug naar boven