Zelfinjectie

In overleg met uw uroloog heeft u gekozen voor de auto-injectie therapie (zelf medicijn injecteren in het zwellichaam van de penis). Uw behandelend arts heeft u al uitleg gegeven. Hier kunt u nog eens rustig nalezen wat een erectiestoornis is en waar u op moet letten als u zelf gaat injecteren.

Wat zijn erectiestoornissen

Erectiestoornissen vormen een veelvoorkomend probleem waar meer dan 10 procent van de Nederlandse mannen (40-79 jaar) last van heeft. Er is sprake van een erectiestoornis als de penis niet of onvoldoende stijf wordt of niet lang genoeg stijf blijft, als er wel zin in seks is.

Oorzaken erectiestoornissen

De oorzaken voor erectiestoornissen zijn zeer verschillend:

• Psychische spanningen
• Een te geringe bloedstroom in of een te snelle bloedstroom uit de zwellichamen van de penis bij bijvoorbeeld diabetes of hart- en vaatziekten
• Beschadiging van de zenuw naar de penis door bijvoorbeeld een operatie

Het medicijn dat door de arts wordt voorgeschreven heet Androskat®. Dit zorgt voor een verwijding van de bloedvaten: er stroomt meer bloed het zwellichaam in en er kan een erectie ontstaan.

De werking van het medicijn is vrijwel onmiddellijk en is maximaal na ongeveer 15 minuten. De duur van de erectie is afhankelijk van de dosering en de oorzaak van de erectiestoornis. Dit medicijn zorgt niet voor meer zin in seks, maar zorgt er alleen voor dat er bij voldoende stimulans een erectie kan ontstaan.

Voorbereiding

Uw uroloog of de verpleegkundige leert u de techniek voor het klaarmaken van de injectiespuit en hoe u deze vervolgens moet toedienen. U begint met een lage dosis van 0.5 ml

Als deze dosis niet werkt mag u de keer daarop de dosis verhogen met 0,2 ml dus 0,7 ml. Zo mag u doorgaan tot u de gewenste werking heeft. U mag maximaal 2,0 ml spuiten. Indien dit niet werkt, neemt u contact op met uw uroloog.

Wat heeft u nodig om de injectiespuit klaar te maken?

• Lange injectienaald
• Korte injectienaald
• Ampul met medicijn
• Injectiespuit
• Alcoholdoekje

Hoe maakt u de injectiespuit klaar?

Het is belangrijk dat u bij het klaarmaken van de injectiespuit hygiënisch werkt. Was daarom van tevoren uw handen met water en zeep en probeer de injectienaald niet aan te raken.

1. Plaats de lange naald (opzuignaald) op de injectiespuit.
2. Vloeistof wat zich bovenin de ampul bevindt kunt u naar beneden tikken. Breek de ampul open bij het smalle gedeelte van de halls. Hou tijdens het openbreken de ampul goed rechtop.
3. Verwijder de beschermhuls van de injectienaald en steek de naald in de ampul. Zuig de injectievloeistof op en probeer hierbij te voorkomen dat u lucht meezuigt.
4. Houdt de injectiespuit met de naald naar boven en tik enkele malen tegen de spuit om de luchtbellen te laten opstijgen.
5. Vervolgens drukt u de spuit zo ver leeg dat de voorgeschreven hoeveelheid achterblijft in de spuit.
6. Plaats de beschermhuls weer over de naald en verwijder de naald van de spuit. Plaats de korte injectienaald op de spuit.

Hoe dient u de injectie toe?

Wrijf de penis op en pak hem dan zo dicht mogelijk tegen de buikwand vast tussen duim en wijsvinger zodat de huid zich spant. Het medicijn moet ongeveer 4 tot 5 millimeter links of rechts van het midden geïnjecteerd worden. Zo worden beschadigingen aan zenuwen of de plasbuis voorkomen.

1. Selecteer een stukje huid waar geen zichtbare bloedvaten lopen en reinig dit met behulp van een alcoholdoekje.
2. Houdt de injectiespuit goed vast (bijvoorbeeld als een pen) en plaats de naald loodrecht in de penis (tot aan het plastic).
3. Laat de duim en wijsvinger die de penis vasthouden wat verslappen. Injecteer langzaam de vloeistof in één keer. Hierbij mag geen weerstand gevoeld worden. Als dit wel het geval is trek dan de naald 1 á 2 millimeter terug en injecteer opnieuw. Als u nog steeds weerstand voelt haal dan de naald uit de penis en controleer deze op verstopping door er een druppel uit te spuiten. Daarna kunt u deze weer opnieuw gebruiken.
4. Als de spuit volledig leeg is verwijder dan de naald en druk de injectieplaats minstens 2 minuten dicht terwijl u de penis licht masseert om de vloeistof te verdelen.
5. Als een injectie niet tot het gewenste resultaat leidt, mag u de injectie niet direct herhalen. U moet 1 week wachten voordat u de volgende injectie toedient.

Bijwerkingen

Een injectie kan soms leiden tot een erectie die langer duurt dan wenselijk is. Wanneer een erectie langer dan 3 uur aanhoudt dient u direct contact op te nemen met de uroloog (ook ’s nachts, via de Spoedeisende Hulp) om onherstelbare schade aan de penis te voorkomen.

Bij een verkeerde injectietechniek kan het medicijn onderhuids terechtkomen. Het middel is dan niet of minder werkzaam. Als dit vaker voorkomt neemt u dan contact op met uw uroloog of met de verpleegkundige om de injectietechniek nogmaals door te nemen. Een bloeduitstorting, verdoofd gevoel in de penis, roodheid van de injectieplaats en voorbijgaande pijn kunnen als direct gevolg van de injectie voorkomen.

Als u tijdens het injecteren pijn voelt moet u stoppen met inspuiten, een licht branderig gevoel is normaal. Injecteer niet in zichtbare bloedvaten, anders kunnen bloedingen optreden.

Belangrijk

• Als u geneesmiddelen gebruikt moet u de uroloog hiervan op de hoogte brengen. De ingespoten medicijnen kunnen namelijk de werking van bloeddrukverlagende medicijnen versterken.
• Als u bloedverdunners gebruikt (zoals Ascal® of Sintromitis®) moet u de injectieplaats 3 minuten dichtdrukken.
• Het is het beste om minimaal een uur voor dat u het medicijn gaat injecteren geen alcohol te gebruiken of te roken omdat dit de werking nadelig kan beïnvloeden.
• Bij regelmatig gebruik gedurende een langere periode kan een plaatselijke verharding van de penis optreden. De verharding verdwijnt doorgaans als u stopt met injecties. Om de kans op deze verhardingen zo klein mogelijk te houden kunt u het best afwisselend links en rechts in de penis injecteren.

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar: