Inleiding
Het Subacromiaal Pijnsyndroom (SAPS) is een veel voorkomende aandoening als oorzaak van schouderklachten. De pijn wordt veroorzaakt door veroudering, overbelasting of beschadiging van de pezen, spieren en/of slijmbeurs onder het schouderdak.

De schouder bestaat uit een schouderkop (uiteinde van de bovenarm) en een ondiepe schouderkom. De schouderkom zit vast aan het schouderblad (zie afbeelding). De schouderkop wordt op zijn plek gehouden door verschillende spieren en pezen. De spieren en pezen houden de schouder stabiel. Boven de schouderkop zit een schouderdak, met daaronder een slijmbeurs.
Patiënten met SAPS hebben in het begin pijnklachten rondom de schouder bij of na het (zijwaarts) optillen van de arm. Bij patiënten die langer last hebben van SAPS kan de schouder ook in rust pijnlijk zijn. De pijn kan uitstralen naar de bovenarm.
Oorzaken
De oorzaak van SAPS is niet altijd duidelijk. SAPS kent meerdere oorzaken:
Behandeling
SAPS is een overbelasting blessure. Daardoor is het advies in het begin van de behandeling om relatieve rust te houden. Dit betekent niet de arm helemaal stil houden. Blijf bewegen binnen de pijngrenzen en beperk bovenhandse bewegingen.
Oefening: slingeren
Een goede oefening om de schouder te blijven bewegen, is ‘Slingeren’. Hiermee wordt ook een ‘frozen shoulder’ (stijve schouder) voorkomen. Zie op de afbeelding hoe u deze oefening uitvoert. Deze oefening kunt u dagelijks doen.

Klachten voorkomen
Zorg voor een goede balans tussen de belasting en belastbaarheid van de schouder. De belasting kan verlaagd worden door herhaaldelijke bovenhandse bewegingen te voorkomen.
Bij sporten is het belangrijk om de juiste techniek toe te passen. Bouw de trainingsintensiteit geleidelijk op. Zo voorkomt u overbelasting. Een goede warming-up en cooling down is belangrijk.
De belastbaarheid van de schouder kan verhoogd worden door de schouderspieren te versterken. Hiervoor kunt u spierversterkende oefeningen uitvoeren. Let er wel op dat u de juiste techniek toepast.
Pijnstilling
In de acute fase als u veel pijn heeft, kunt u eventueel pijnstilling innemen. Neem een ontstekingsremmer in voor de periode van 1 tot 2 weken.
Oefentherapie
Na de relatieve rust kan oefentherapie geleidelijk opgebouwd worden. Bij de oefentherapie wordt u begeleid door een (schoudergespecialiseerde) fysiotherapeut.
U krijgt krachttraining voor de schouderspieren. Daarnaast is er aandacht voor stabiliteit en coördinatie van de schouder- en schouderbladspieren. Ook wordt er gelet op de juiste houding en ontspanning.
Bij het opbouwen van sportactiviteiten is het belangrijk om de juiste techniek van bovenhandse bewegingen te gebruiken. Zo voorkomt u herhaling van de blessure.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar:
Contact
Opmerkingen
- Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?
-
Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.
Disclaimer
Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.