Exploratie elleboog

Ingreep aan de elleboog

Inleiding

De behandelend specialist heeft met u afgesproken dat u in het ziekenhuis opgenomen wordt voor een ingreep aan uw elleboog. De specialist en de orthopedie-consulent hebben u al informatie gegeven over de ingreep. Hier kunt u een en ander nog eens rustig nalezen.

De elleboog

De elleboog is een scharniergewricht dat in de keten van de arm (hand, elleboog, schouder) ons bijvoorbeeld in staat stelt de hand naar de mond te brengen.

Behalve deze scharnierbeweging kan de onderarm een draaibeweging maken, zodat we de handpalm naar boven of beneden kunnen draaien. Het spaakbeen en de ellepijp draaien ten opzichte van elkaar. Deze rotatiebeweging is een combinatie van bewegingen van een gewricht in de pols en in de elleboog.

Als er in de keten problemen ontstaan bijvoorbeeld met spieren, pezen, slijmbeurs of het ellebooggewricht kan dat de bewegingen belemmeren en (pijn)klachten veroorzaken.

Behandelingsmogelijkheden

  • Pijnstillers. Deze kunnen worden voorgeschreven wanneer er sprake is van pijn
  • Fysiotherapie. De fysiotherapeut zal door middel van oefeningen proberen de pijn te verlichten en de spierkracht te herstellen
  • Injecties met ontstekingsremmende werking. Hiermee kan de ontstoken slijmbeurs tot rust worden gebracht
  • Exploratie van de elleboog: operatief onderzoek van de elleboog

Voorbereiding op de ingreep

Het Preoperatief Bureau

Vanuit de polikliniek en vóór de opname in het ziekenhuis wordt u doorverwezen naar het preoperatief bureau. Het is belangrijk om u als patiënt zo goed en veilig mogelijk voor te bereiden op de aanstaande ingreep en de vorm van anesthesie die nodig is.

Hiervoor is preoperatief onderzoek nodig. Door dit onderzoek is de kans op problemen tijdens en na de ingreep zo klein mogelijk. Meer informatie vindt u in de folder ‘Anesthesie en preoperatief onderzoek’.

Anesthesie

De ingreep geschiedt onder algehele (narcose) of regionale anesthesie. Bij het preoperatief bureau kunt u met de anesthesist bespreken welke vorm voor u het meest geschikt is. Meer informatie over de gang van zaken vóór, tijdens en na de anesthesie krijgt u via het Preoperatief Bureau.

Bloedverdunnende medicijnen

Het gebruik van bloedverdunnende medicijnen moet u, uitsluitend in overleg met uw arts, voor de ingreep stoppen. Als u onder begeleiding staat van de Trombosedienst informeer deze dan over de ingreep. De Trombosedienst stemt dan het beleid met u af.

Kleding

Houdt er bij de keuze van uw kleding rekening mee dat u na de ingreep een verband en/of gips heeft. Trek daarom makkelijke, ruim zittende kleding aan.

Opnameduur

De ingreep vindt plaats in dagverpleging. Dit betekent dat u, als alles naar wens verloopt, dezelfde dag na de ingreep weer naar huis mag.

De ingreep

Na het toedienen van de anesthesie wordt een strak opgepompte bloeddrukband om uw bovenarm gedaan om te voorkomen dat tijdens de ingreep het zicht belemmerd wordt door bloed. Dit noemt men bloedleegte.

Daarna wordt er een incisie gemaakt, het gewricht wordt bekeken en zo nodig schoongemaakt. Na de ingreep wordt de huid gesloten met oplosbare hechtingen. Er wordt een drukverband aangelegd.

Na de ingreep

Na de ingreep gaat u naar de uitslaapkamer, waar gedurende de eerste uren intensieve bewaking en controle plaatsvinden. Soms treedt na de ingreep misselijkheid op. Na de ingreep heeft u een infuus in de arm.

Als u voldoende hersteld bent gaat u terug naar uw eigen afdeling. Als alles naar wens verloopt mag u dezelfde dag weer naar huis.

Mitella of sling

Na de ingreep krijgt u een sling of mitella aangemeten. U mag op geleide van de pijn de elleboog bewegen.

Mogelijke complicaties

Ondanks alle zorg die besteed wordt aan de ingreep, kunnen er toch nog complicaties optreden.

  • Een nabloeding: dit gebeurt zelden
  • Een bloeduitstorting (hematoom): dit gebeurt geregeld.
  • Wondinfectie

Weer thuis

Wondverzorging

Na 24 uur mag u zelf het drukverband verwijderen. De pleister mag u na 48 uur verwijderen.

Lichamelijke verzorging

U mag zich weer douchen als de wond droog en gesloten is.

Pijnbestrijding

Wij adviseren u de eerste dagen na de operatie 3 maal daags 2 tabletten paracetamol (500mg) in te nemen. Op geleide van uw pijnklachten mag u de pijnstillers afbouwen.

Als de pijnstilling niet voldoende werkt of als u vragen over het afbouwen hebt kunt u contact met ons opnemen.

Koelen

Het kan prettig zijn het geopereerde gebied te koelen met een ijspakking. Het advies is dan om drie keer per dag ongeveer 15 minuten de ijspakking gewikkeld in een doek op het geopereerde gebied te leggen.

Poliklinische afspraak

Ongeveer twee weken na de ingreep komt u op controle bij de orthopedisch chirurg. De afspraak hiervoor vindt u in ons patiëntenportaal mijnVieCuri.

Werk en sport

Het moment waarop u weer kunt werken of sporten is afhankelijk van het soort werk of sport dat u doet. U kunt dit overleggen met de behandelend specialist tijdens de controle.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar:

Contact

Opmerkingen

  • Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?
  • Ziet u teksten of afbeeldingen met auteursrechten die wij niet hebben vermeld?

Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.

Disclaimer

Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.

scroll terug naar boven