Embolisatie prostaat arterie

U heeft met uw uroloog afgesproken dat de prostaat behandeld wordt met prostaat arterie embolisatie (de zogenaamde PAE procedure). U heeft al uitleg gehad van uw arts. Hieronder kunt u alles nalezen. 

Wat is een embolisatie?

Embolisatie is het afsluiten van een bloedvat.

Wat gebeurt er bij een embolisatie?

Bij deze behandeling wordt via de lies een slangetje (katheter) ingebracht. Deze katheter wordt onder doorlichting in het juiste bloedvat geschoven. Ter controle worden röntgenfoto's met contrastvloeistof gemaakt. Door deze vloeistof is goed te zien of de katheter goed ligt. Daarna wordt een bepaald middel ingebracht om het bloedvat of meerdere bloedvaten dicht te maken/af te sluiten.

Doel van het onderzoek

Het doel van dit onderzoek is om de bloedvaten van de prostaat af te sluiten.

Overgevoeligheid contrastvloeistof

Bent u overgevoelig voor jodium en/of contrastvloeistof meld dit dan van te voren aan uw arts en bij de afdeling Radiologie.

Opname verpleegafdeling

Voor dit onderzoek/behandeling wordt u opgenomen op een verpleegafdeling. De opnameplanning van het ziekenhuis spreekt met u af op welk tijdstip en waar u zich moet melden. Het tijdstip op de afspraakbevestiging van afdeling Radiologie is een schatting. Het is van te voren moeilijk aan te geven hoe laat u precies geholpen wordt.

Opnamegesprek

Het opnamegesprek vindt plaats op de dag van opname. Verderop vindt u een checklijst waar u de belangrijke zaken kunt afvinken die u nodig heeft tijdens de ziekenhuisopname.

Duur embolisatie

Het onderzoek duurt ongeveer 2 uur. Omdat de duur van het onderzoek per patiënt kan verschillen, kan het zijn dat u iets eerder of later aan de beurt bent dan staat aangegeven.

Sedatie

Als met u afgesproken is dat het onderzoek onder sedatie plaats vindt, dan verwijzen wij u graag naar de aanvullende folder “Sedatie bij onderzoek of ingreep”.

Blaaskatheter

Het is noodzakelijk dat u een blaaskatheter krijgt voor de duur van het onderzoek. Deze kan op de afdeling of bij aanvang van het onderzoek op de operatiekamer worden geplaatst. Deze wordt de dag na het onderzoek weer verwijderd.

Bloedverdunnende medicijnen 

• Als u onder begeleiding staat van de Trombosedienst informeer deze dan over de ingreep. De Trombosedienst stemt dan het beleid met u af.
• Gebruikt u een bloedplaatjesremmer gebruikt zoals Ascal /Acetylsalicylzuur, Plavix/ clopidogrel, Persantin)? Dan mag u deze bloedplaatjesremmers gewoon innemen.
• Gebruikt u Pradaxa (dabigatran), Xarelto (rivaroxaban), Eliquis (apixaban) of Lixiana (Edoxaban)? Stop het gebruik 48 uur voor het onderzoek.

Diuretica (plasmedicijnen)

Gebruikt u Furosemide (Lasix), Burinex (Bumetanide), Hydrochloorzthiazide, Spironolacton, Inspra of een combinatiepreparaat dan neemt u deze op de dag van de embolisatie niet in. U kunt deze nog innemen na het onderzoek.

Overige medicijnen

Moet u soms met spoed medicijnen innemen? Neem deze medicijnen dan mee naar het onderzoek en meld dat je deze medicijnen nodig hebt vóórdat het onderzoek begint aan de verpleegkundige.

Eten en drinken

U moet voor het onderzoek nuchter zijn, of er moet iets anders met u zijn afgesproken.

Nuchter zijn betekent:

• Tot 6 uur voor de opname mag u nog een lichte maaltijd, bijvoorbeeld 2 beschuiten met jam of kaas.
• Tot 2 uur voor de opname mag u nog heldere dranken drinken, bijvoorbeeld thee of water( max. 400 ml). Geen melk of alcohol.
• Het is verstandig om vanaf 00.00 uur in de nacht niet meer te roken.

Let op!

Wordt u de dag vóór de ingreep opgenomen?

Dan hoeft u niet nuchter naar het ziekenhuis te komen.

Eigen T-shirt

Tijdens het onderzoek mag u een T-shirt (zonder knopen / rits of steentjes) aanhouden. U mag dit zelf meenemen. Houd er rekening mee dat er wat bloed of jodium op dit shirt terecht kan komen.

Dragen van bril of hoorapparaat

Tijdens het onderzoek mag u uw bril, gehoorapparaat en gebit dragen.

Voorbereiding op verpleegafdeling

• U krijgt een infuusnaaldje ingebracht waardoor via een druppelinfuus éénmalig antibiotica toegediend wordt.
• Er wordt een blaaskatheter ingebracht.

U wordt in uw bed naar de röntgenafdeling gebracht, waar het onderzoek plaatsvindt. U neemt plaats op een speciale onderzoekstafel. Hier wordt u door de aanwezige sedatie verpleegkundige in slaap gebracht.

Het onderzoek vindt via de bloedvaten in de lies plaats. Daarom worden de liezen gedesinfecteerd. Daarna krijgt u een steriel laken over u heen. De arts (radioloog) die het onderzoek uitvoert, geeft u een spuitje om de lies plaatselijk te verdoven. Hierna wordt er een klein sneetje in de huid gemaakt om het aanprikken en opschuiven van de katheter gemakkelijker te maken.

Daarna prikt de radioloog met een speciale naald in een bloedvat waarna er een dun slangetje (katheter) in het bloedvat wordt geschoven. Als de katheter op de juiste plaats zit wordt het contrastmiddel ingespoten. Tijdens en na het toedienen van de contrastvloeistof worden een aantal foto's gemaakt. Dit kan een aantal keren herhaald worden. Soms worden er meerdere series foto's gemaakt waarbij de katheter in een ander bloedvat of het röntgenapparaat in een andere richting geplaatst wordt.

De radioloog beoordeeld de foto`s en beslist of de slagader moet worden afgesloten. Nadat de juiste bloedvaten zijn afgesloten worden controle foto’s gemaakt. Bij deze controlefoto's wordt ook contrastvloeistof gebruikt.

Tijdens het onderzoek wordt er ter controle een hartfilmpje (ECG) gemaakt. Het zuurstofgehalte in het bloedvat wordt gemeten met een ‘knijpertje’ dat op uw vinger geplaatst wordt.

Als het onderzoek klaar is wordt de katheter uit het bloedvat verwijderd en wordt er 20 minuten stevig in de lies gedrukt om een bloeding te voorkomen. Daarna krijgt u een stevig drukverband. Dit verband blijft (meestal) 6 uur zitten.

Angioseal

Soms kan uw arts er voor kiezen om een angioseal te plaatsen. Dit is een soort “plugje” of “ankertje” om het gaatje in de slagader af te dekken. Vervolgens wordt een pleister geplakt op het wondje. Het voordeel van een angioseal is de verkorte afdrukduur na de behandeling en de verkorte periode bedrust. Dit is nu nog maar 2 uur. Deze angioseal is niet voor iedere patiënt geschikt. Daarom beslist uw arts hierover tijdens de behandeling.

Controles 

Na het onderzoek gaat u terug naar de verpleegafdeling. Daar worden uw bloeddruk, hartslag en drukverband gecontroleerd. De controles worden de eerste 4 uur ieder uur herhaald, hierna om de 2 uur, tot 6 uur na het onderzoek en het drukverband eraf mag.

Bedrust

• U houdt 6 uur platte bedrust, met een angioseal houdt u 2 uur platte bedrust. Dit betekent dat u in bed moet blijven liggen op uw rug met uw hoofdsteun maximaal 30 graden.
• Het been waarin geprikt is dient u rustig te laten liggen om een bloeding te voorkomen.
• U mag niet draaien en overeind komen.
• Het is belangrijk om niet teveel kracht te zetten in de spieren van het onderlichaam (denk aan optillen van bovenlichaam/ verplaatsen in bed, drukken bij de ontlasting).
• U mag niet uit bed om naar het toilet te gaan. U wordt dan op de po geholpen.
• Als u zelf iets voelt op de punctieplaats wat u niet vertrouwt of u voelt zich in het algemeen niet goed, meld dit dan meteen aan de verpleegkundige.

Contact met de contactpersoon

De afdeling of uzelf neemt contact op met uw contactpersoon als u klaar bent met het onderzoek en terug bent op de afdeling.

Eten en drinken

Na het onderzoek mag u weer gewoon eten en drinken. Tijdens de maaltijd mag de hoofdsteun tot 45 graden rechtop. Als u klaar bent met eten, dan zal de hoofdsteun weer terug gezet worden naar de platte stand.

De dag na het onderzoek mag u, na overleg met uw arts of zaalarts, naar huis. Samen met de verpleegkundige bepaalt u het tijdstip van ontslag.

Vervoer naar huis

U moet vervoer naar huis te regelen. U mag niet zelf actief deelnemen aan het verkeer (auto / fiets) en naar huis rijden / fietsen.

Rolstoel meenemen

Het is wenselijk als degene die u komt ophalen in de hal van het ziekenhuis een rolstoel meeneemt, zodat u niet hoeft te lopen als u wordt opgehaald. Voor de rolstoel is een muntstuk van € 2 nodig. Als u de stoel terugplaatst krijgt u het muntje terug.

Leefregels

De eerste 5 dagen na de embolisatie:

• Niet zwaar tillen, niet te hard persen en niet bukken.
• Niet in bad gaan, douchen mag wel
• Niet fietsen of sporten
• Niet zelf autorijden.

Als u na 5 dagen geen klachten meer heeft, dan kunt u uw normale bezigheden weer oppakken.

• Allergische reactie op de contrastvloeistof die tijdens het onderzoek wordt toegediend. Dit komt bijna niet voor en kan door het getrainde personeel meteen worden opgevangen.
• Bloeduitstorting in de lies. Dit komt wel eens voor, maar er is meestal geen aanvullende behandeling nodig. Als er bloed lekt door het prikgaatje, kan dit met een spuitje verholpen worden.

Andere complicaties kunnen zijn:

• Bloeding insteekopening
• Nierinsufficiëntie (nierschade)
• Sepsis of infectie
• Trombose

Aandachtspunten

Het kan zijn dat u bloed verliest via de plasbuis. Dit kan zes weken duren. Voorkom de eerste week zware lichamelijke arbeid en druk verhogende momenten op de buik; de lies mag niet teveel belast worden.

Problemen

Wanneer een van de onderstaande problemen optreedt, neem dan contact op met de polikliniek Urologie:

• Balanitis (ontsteking van het topje van de penis)
• Uitstralende pijn naar de anus
• Verminderde doorbloeding van de penis/anus/blaas
• Verkleuring van het topje van de penis
• Branderig gevoel in de penis
• Rood worden van de huid, jeuk en/of bultjes
• Forse toename van pijn
• Vies ruikende urine
• Algehele malaise
• Koorts boven 38.5 °C
• Benauwdheid

Belangrijk

• De uitslag van het onderzoek krijgt u van uw behandelend arts. (meestal tijdens de poli afspraak)
• Zorg steeds voor een contacttelefoonnummer tijdens uw korte verblijf in het ziekenhuis. Dit kunt u doorgeven bij opname aan de verpleegkundige.
• Op de verpleegafdeling kunt u bezoek ontvangen op de bezoektijden van de afdeling. Kijk hiervoor op www.viecuri.nl/bezoektijden .
• Het is slim om van te voren het vervoer naar huis te regelen omdat u niet zelf naar huis kunt rijden.
• Complicaties komen bijna nooit voor maar mocht dit toch gebeuren kunt u direct contact opnemen met uw arts of het alarmnummer 112.

Regelen vóór het onderzoek

• Als u onder behandeling van de Trombosedienst staat, dan moet u met hen contact opnemen en aangeven dat dit onderzoek gaat plaatsvinden. 
• Opschrijven van een contactpersoon met zijn/haar telefoonnummer.
• Met familie of kennissen vervoer naar huis regelen na ontslag.

Meenemen naar het ziekenhuis

• Actuele medicijnlijst en indien van toepassing de lijst van de Trombosedienst
• Medicatie voor 2 dagen (liefst in de originele verpakking)
• T-shirt, pyjama, ondergoed
• Toiletspullen
• Puzzelboekje, tijdschrift, laptop/tablet of ander tijdverdrijf
• Eventuele hulpmiddelen, zoals:
  • gehoorapparaat
  • (lees)bril
  • hulp om te lopen
  • aantrekhulp om steunkousen aan te doen, etc.

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar: