Barbotage van de schouder

Uw arts heeft voor u een barbotage van de schouder aangevraagd. Bij eerder onderzoek is gebleken dat er kalk in het schouderkapsel zit. Een methode om dit te verhelpen is barbotage.

Hieronder kunt u lezen hoe deze behandeling gaat.

Doel van de behandeling

Een barbotage is een behandeling van de schouder, waarbij de kalk die zich in uw pezen heeft afgezet wordt aangeprikt, gespoeld en zo mogelijk wordt opgezogen. De behandeling vindt plaats onder echografie.

U hoeft voor dit onderzoek geen voorbereidingen te treffen. U mag eventuele medicijnen normaal innemen, tenzij anders is afgesproken.

Bloedverdunners

Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, heeft uw arts aangegeven of en hoe u moet stoppen met de bloedverdunnende medicijnen. Is dit voor u niet duidelijk, overleg dit dan met uw arts.

Als u bij de Trombosedienst bekend bent, geef dan op tijd bij hen aan dat en wanneer u dit onderzoek ondergaat zodat u op tijd kunt stoppen met de medicatie.

U meldt zich op het afgesproken tijdstip op de afdeling Medische Beeldvorming.

In de voorbereidingsruimte doet u uw bovenkleding uit. In de echografiekamer ligt u op een onderzoekstafel. Op uw huid wordt koude gel aangebracht. Deze gel zorgt ervoor dat de geluidsgolven goed worden geleid. Daardoor kunnen de verschillende structuren goed worden afgebeeld. De beelden worden zichtbaar op een beeldscherm en van deze beelden worden foto’s gemaakt.

De radioloog beweegt met een zogenaamde transducer over de huid om de kalk op te sporen.

De huid wordt daarna ontsmet met alcohol. Dan wordt de plaats waar de kalk aangeprikt moet worden plaatselijk verdoofd. Dit prikken kan even pijn doen. De radioloog prikt met een naald de verkalking aan. Zo wordt geprobeerd de kalk in stukjes te verdelen. Dit wekt een ontstekingsreactie op waarbij het lichaam zelf de kalkdeeltjes gaat opruimen. Er wordt een vloeistof ingespoten, waarmee vervolgens zoveel mogelijk kalk wordt opgezogen. Hierna wordt er een mengsel van een verdoving en een ontstekingsremmer ingespoten. Op het prikgaatje wordt een pleister geplakt en de behandeling is klaar.

De behandeling duurt ongeveer 30 minuten.

• Na de behandeling kunt u een aantal dagen tot twee weken napijn hebben. U kunt een pijnstiller gebruiken, bijvoorbeeld paracetamol (totaal maximaal 4 keer 1000mg per dag). Als dit onvoldoende is, kan dit worden aangevuld met extra pijnstilling in overleg met uw arts.
• Koelen met ijs helpt ook de klachten te verminderen.
• De eerste 7 dagen na de behandeling mag u uw schouder niet te zwaar belasten. U mag de schouder alleen binnen de pijngrenzen gebruiken. Pijn en zwelling geven aan dat de grens van het belasten bereikt is. Verder is het belangrijk dat u na de behandeling uw schouder blijft bewegen. Als de arts het nodig vindt, maakt u een afspraak met de fysiotherapeut
• Na de barbotage hebben de meeste mensen na enkele weken verlichting van de klachten. Bij de meeste mensen komen de klachten weer in volle hevigheid terug. De medicijnen zijn dan uitgewerkt. Uw genezingsproces is dan nog in volle gang. Het herstel kan 6 weken tot 1 jaar duren. Dan gaan de klachten pas over.
• Na de behandeling mag u de eerste 2 weken niet meer dan 5 kilo tillen met de behandelde schouder. Daarna mag u het uitbouwen tot maximaal 15 kilo tot 6 weken na de behandeling.

Wij adviseren u dringend om niet zelf auto te rijden na de procedure. Het is daarom fijn om iemand mee te nemen naar het ziekenhuis die u ook naar huis kan begeleiden.

Bij deze behandeling wordt een ontstekingsremmer toegediend in de slijmbeurs van de schouder. Dit kan zorgen voor een schommeling in de suikerspiegels. U moet daarom enkele dagen de suikerspiegels regelmatig controleren en zo nodig overleggen met uw arts.

• U krijgt na een paar weken een (bel)afspraak met uw arts om te bespreken hoe het na de barbotage is gegaan.
• 6 weken na de behandeling moet u een röntgenopname van u schouder laten maken om de kalk in de schouder te laten controleren.

Laat het ons op tijd weten wanneer de afspraak niet kan doorgaan. Wij kunnen dan een andere patiënt inplannen.

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar: