Inleiding
U heeft met de arts afgesproken dat u een kijkoperatie in de borstholte krijgt, ook wel VATS (Video Assisted Thoracic Surgery) genoemd. U heeft al informatie gehad over deze ingreep. Hier kunt u alles rustig nalezen.
VATS
Wat is een VATS?
Een VATS is een kijkoperatie in de borstkas (thorax) waarbij met een camera videobeelden worden gemaakt. Via deze chirurgische techniek wordt bijvoorbeeld weefsel van het borstkasvlies, longvlies of longweefsel verwijderd voor eventueel onderzoek. De chirurg verricht de operatie op de operatiekamer onder algehele narcose.

Welke ingrepen kunnen plaatsvinden via een VATS?
Met behulp van deze kijkoperatie kunnen diverse ingrepen worden uitgevoerd, zoals
- het verwijderen van kleine stukjes longweefsel (‘biopten’) voor onderzoek;
- behandeling van een klaplong (pneumothorax);
- blazen (bullae) van de long afhalen (bullectomie);
- het verwijderen van een longtumor en/of lymfklieren;
- de longen operatief verkleinen (longvolumereductie).
Uw arts heeft met u besproken welke operatie wordt uitgevoerd.
Voorbereiding
Anesthesie en preoperatief onderzoek
Voor de ingreep brengt u een bezoek (of heeft u al een bezoek gebracht) aan het preoperatief bureau, waarbij u zo goed en veilig mogelijk wordt voorbereid op de ingreep en de vorm van narcose die nodig is. De kijkoperatie of VATS wordt altijd onder algehele narcose uitgevoerd. In de folder ‘Anesthesie en preoperatief onderzoek’ kunt u meer informatie vinden omtrent voorbereidingen voor de ingreep en het nuchter beleid.
Bloedverdunnende medicijnen
Het gebruik van bloedverdunnende medicijnen moet u, uitsluitend in overleg met uw arts, vóór de ingreep stoppen. Als u onder begeleiding staat van de trombosedienst informeer deze dan over de ingreep. De trombosedienst stemt dan het beleid met u af.
Opnameduur
De opnameduur verschilt per ingreep. Bij een ongecompliceerd verloop moet u op drie tot vijf dagen rekenen. Het is mogelijk dat u een dag op de Intensive Care verblijft (afhankelijk van de grootte van de operatie).
Hulp na opname?
We adviseren u vóór de operatie alvast na te denken over de vraag of u na ontslag uit het ziekenhuis hulp nodig zult hebben van anderen. De eerste weken na ontslag mag u namelijk niet zwaar tillen of zwaar huishoudelijk werk verrichten. De verpleegkundige kan u informatie geven over de mogelijkheden van zorg.
Dag van de operatie
Nuchter
Voor de ingreep moet u nuchter zijn. Wat dit betekent kunt u lezen in de folder ‘Anesthesie en preoperatief onderzoek’.
Opname
U meldt zich op de afgesproken tijd op de verpleegafdeling waar u wordt opgenomen. Het kan zijn dat u al bent opgenomen in het ziekenhuis.
De fysiotherapeut komt tijdens de opname en geeft uitleg over de ademhalingstechnieken die na de operatie van belang zijn.
De ingreep
De chirurg maakt twee of drie sneetjes (incisies) in de huid in de linker- of rechterzij ter hoogte van de borstwand. Via één van deze gaatjes laat hij een beetje lucht in de borstkas stromen, waardoor de long aan die kant ineenzakt (collabeert). Op deze manier komt er meer ruimte in de borstkas om de operatie te kunnen uitvoeren.
Vervolgens brengt de chirurg twee tot drie buisjes via de gaatjes tussen de ribben door in de borstholte. Via deze buisjes kunnen een camera en eventuele instrumenten worden ingebracht.
Met de camera kan de chirurg in de borstkas kijken, zonder dat er een grote wond gemaakt hoeft te worden. De beelden worden weergegeven op een televisiescherm.
Hulpinstrumenten kunnen gebruikt worden om bijvoorbeeld een stukje weefsel weg te halen.
Aan het einde van de operatie laat de chirurg een drain in een van de openingen in de huid achter. Hierdoor wordt de lucht uit de borstkas weggezogen, waardoor de ingezakte long zich weer ontplooit. De wondjes worden tenslotte dichtgemaakt met een hechting.
Duur van ingreep
De ingreep zelf duurt ongeveer 1 tot 3 uur.
Met voorbereiding en nazorg op de uitslaapkamer (recovery) duurt de ingreep ongeveer 4 tot 5 uur.
Na de ingreep
- Na de ingreep gaat u naar de uitslaapkamer (recovery).
- U heeft een aantal slangen zoals een drain, infuus en een zuurstofslangetje. Als u een epiduraal katheter heeft, heeft u mogelijk ook een blaaskatheter gekregen.
- Afhankelijk van de ingreep wordt u overgeplaatst naar de afdeling Intensive Care of de verpleegafdeling.
- Als gevolg van de narcose kunt u kortdurend last hebben van keelpijn, heesheid en/of spierpijn. Deze klachten verdwijnen vanzelf.
- De drain, die de chirurg bij u heeft ingebracht, is met een verbindingsslang op een pompje aangesloten en dient om vocht en/of lucht uit de borstholte af te voeren (thoraxpomp). In een enkel geval kan uw bewegingsvrijheid hierdoor beperkt zijn. De verpleegkundige kan u hierover uitleg geven.
- Het infuus blijft enige tijd zitten.
- U kunt meestal de dag na de operatie weer normaal eten.
Pijnbestrijding
Als gevolg van de operatie en de drain heeft u waarschijnlijk pijn. Om complicaties te voorkomen is een goede pijnbestrijding noodzakelijk. Als u minder pijn heeft, kunt u gemakkelijker doorademen en hoesten. Dit is belangrijk om slijmvorming in de longen en een longontsteking te voorkomen. Neem daarom de pijnmedicatie in, ook als u op dat moment weinig pijn heeft.
Regelmatig vraagt de verpleegkundige of u pijn heeft. Zo nodig kan extra pijnstilling gegeven worden. Geef het ook tijdig aan als de pijnmedicatie die u krijgt niet voldoende effect heeft.
Bijwerkingen / Complicaties
De meest voorkomende bijwerking van een VATS zijn pijn en een beurs gevoel aan de geopereerde zijde en ribben.
Ook kunt u last hebben van de drain.
Er kan gevoelloosheid van de huid optreden rond de wondjes. Dit kan enige tijd kan aanhouden.
Wanneer een VATS niet lukt of er complicaties optreden kan er overgegaan worden tot een open operatie (thoracotomie), waarbij een grote snede wordt gemaakt tussen de ribben.
Complicaties
Ondanks de zorgvuldigheid waarmee gewerkt wordt, bestaat ook bij een longoperatie zoals bij elke operatie de kans op complicaties zoals een nabloeding, longontsteking, wondinfectie of trombose.
Daarnaast zijn er nog specifieke complicaties mogelijk.
- Er bestaat de eerste dagen bijna altijd enige luchtlekkage die via de drains kan worden afgevoerd. Een enkele keer blijft er langer dan een week lucht lekken uit de long, waardoor de drain in uw borstholte langer moet blijven zitten. Geen ernstige maar wel een vervelende complicatie.
- Soms lekt er lucht onder de huid, waardoor er een zwelling kan optreden van de huid in het gebied van de borstkas, hals en gelaat (subcutaan huidemfyseem) wat een knisperend gevoel geeft. Deze lucht wordt langzaam door het lichaam opgenomen, waardoor de zwelling weer verdwijnt. Ook dit is niet ernstig.
Fysiotherapie
Na de operatie kan het zijn dat u pijnklachten heeft bij diep doorademen en/of hoesten. Doorademen en eventueel slijm ophoesten zijn wel belangrijk om een longontsteking (pneumonie) te voorkomen. De fysiotherapeut kan u ondersteunen en tips geven om u hierin te stimuleren.
Daarnaast is het belangrijk om zo snel mogelijk weer in beweging te komen om spieren te stimuleren en conditie te behouden. Tevens stimuleert bewegen het diepere ademhalen.
Uitslag
Indien er weefsel wordt weggehaald wordt dit meestal microscopisch onderzocht. De uitslag wordt bij de poliklinische controle na opname besproken.
Naar huis
Wanneer de drains verwijderd zijn, zullen de arts en de verpleegkundige met u bespreken wanneer u naar huis kunt. Afhankelijk van uw conditie mag u op korte termijn het ziekenhuis verlaten.
Leefregels
- De eerste twee weken na de operatie hebben de wondjes rust nodig om te kunnen genezen.
- U mag douchen. Na het douchen kunt u een nieuwe pleister op de wond plakken. Als de wond droog is, dan hoeft dit niet meer.
- De eventuele hechtingen kunnen 7 tot 10 dagen na de operatie verwijderd worden op de poli of door de huisarts (assistente).
- U mag de eerste 3 maanden na de operatie niet duiken of vliegen of zwaar huishoudelijk werk verrichten. Dit in verband met drukverschillen en de kans daarbij op een klaplong.
- Overleg met uw behandelend arts wanneer u uw werk mag hervatten en wanneer u weer mag beginnen met sporten.
Contact opnemen met het ziekenhuis
Neem contact op met de poliklinie als u:
- plotseling kortademig wordt.
- hoge koorts krijgt (hoger dan 38,5 °C).
- toenemende hoest heeft met opgeven van groen of geel slijm, die samengaan met koorts.
Buiten kantoortijden en in het weekend kunt u bij ernstige problemen contact opnemen met de Spoedeisende Hulp.
Vragen
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar:
Contact
Opmerkingen
- Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?
-
Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.
Disclaimer
Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.