Myofenolaat Mofetil

Het gebruik van Myofenolaat Mofetil

Inleiding

In overleg met uw behandelend arts heeft u besloten het geneesmiddel mycofenolaatmofetil (MMF / Cellcept®) te gaan gebruiken. U heeft al informatie gehad van uw behandelend arts/verpleegkundige. Hier kunt u alles nog eens nalezen.

Myofenolaat mofetil / celcept ®/Myfenax®(MMF)

Werking van MMF

MMF onderdrukt het afweersysteem en onderdrukt derhalve de afweerreactie. De longarts schrijft dit middel voor bij verschillende ontstekingsziekten in de longen om de ontsteking te remmen. Voorbeelden van ziekten zijn ILD, ontstekingen in het kader van een onderliggende systeemziekte (reumatische aandoening) dan wel bij (pulmonale) sarcoïdose.
Daarnaast is het een gebruikelijk middel bij transplantaties om afstoting tegen te gaan.

Werkzame stof

Mycofenolaat mofetil is de werkzame stof. De merknaam is Cellcept® of Myfenax®.

Dosering

MMF is verkrijgbaar in tabletten van 500 mg , capsules van 250 mg, en poeder voor suspensie 200 mg/ml. De dosering kan variëren en in de loop van de behandeling worden aangepast. Ook de duur van de behandeling kan variëren en hangt af van het resultaat en hoe het middel wordt verdragen.

Neem dit middel altijd rond dezelfde tijd in. Het is belangrijk dat u dit middel consequent met intervallen van 12 uur (dus 2 x daags) inneemt. Dit kan zowel met als zonder voedsel. De hoeveelheid werkzame stof die uit de darm in uw bloed terecht komt, is afhankelijk van voedselinname. Daarom is het het beste het middel steeds op dezelfde manier, dus met of zonder voedsel, te gebruiken.
Als u last heeft van misselijkheid, dan kan het helpen het middel tijdens de maaltijd in te nemen. Neem de tabletten/capsules in met een glas water. U dient de tabletten/capsules in het geheel door te slikken, dus niet fijnmaken of erop kauwen.

Bijwerkingen

Bijwerkingen die kunnen ontstaan bij het gebruik van MMF:

  • Hoofdpijn, vermoeidheid.
  • Duizeligheid, trillende of bevende handen .
  • Misselijkheid, braken, diarree.
  • Vasthouden van vocht. Hierdoor kan ook uw bloeddruk iets stijgen.
  • Gewichtsverlies
  • Verstoorde aanmaak witte bloedcellen en daardoor grotere kans op infecties.
  • Verstoorde aanmaak bloedplaatjes en daardoor grotere kans op blauwe plekken, bloedneus.
  • Verstoorde aanmaak rode bloedcellen en daardoor grotere kans op bloedarmoede.
  • Verstoring van de functie van lever en alvleesklier.
  • Overgevoeligheid voor MMF. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht.

Om eventuele bijwerkingen in een vroeg stadium te ontdekken, laat uw arts regelmatig uw bloed onderzoeken. 1 tot 2 weken na het starten met MMF wordt het bloed gecontroleerd, 4 tot 6 weken daarna weer bloedcontrole.
Hierna, als er geen bijzonderheden zijn, bij elke poli-afspraak.

 

Na elk bloedonderzoek volgt een telefonisch consult met de verpleegkundig specialist of de longarts. Soms is het noodzakelijk om de dosis van de medicatie aan te passen. Als u na het afnemen van bloed niet binnen een week bent gebeld, kunt u contact opnemen met de polikliniek longziekten.

Ook bij lichamelijke klachten kunt u contact opnemen met de polikliniek longziekten.
Klachten als misselijkheid, braken en diarree verdwijnen vaak spontaan na enkele weken. Eventueel kan, bij deze klachten, de dosis worden aangepast en/of kan er een maagzuurremmer worden voorgeschreven.

Adviezen

  • Lees de bijsluiter
  • Bespreek uw vragen met uw behandelend arts of verpleegkundige.
  • Gebruik nooit méér dan de voor u voorgeschreven hoeveelheid.
  • Neem contact op met uw behandelend arts of verpleegkundige bij:
    • verschijnselen van infecties zoals koorts, verkoudheid, griep, hoesten, keelpijn;
    • ernstige kortademigheid en steenpuisten;
    • pijnlijke opgezwollen buik;
    • gele verkleuring van uw oogwit.
  • Abnormale bloedingen of blauwe plekken.
  • Ga niet overmatig zonnebaden. Gebruik bij blootstelling aan zonlicht altijd een zonnebrandmiddel met een hoge beschermingsfactor.
  • Als u geopereerd gaat worden hoeft MMF niet te worden gestopt.
  • Als u zwanger wilt worden, is overleg met uw longarts noodzakelijk. Dit omdat MMF de kans op ernstige aangeboren afwijkingen kan vergroten. Doorgaans is het advies MMF 6 weken tevoren te staken (vrouwen 6 weken, mannen 3 maanden).
  • Als u MMF gebruikt mag u geen borstvoeding geven.
  • Hebt u vragen over zwangerschap, overleg dan met uw behandelend arts of ild-verpleegkundige
  • Zowel alcohol als MMF kan een schadelijk effect hebben op de lever. Overmatig gebruik van alcohol is niet aan te raden.
  • Als u MMF gebruikt, is er geen bezwaar tegen de ‘griepprik’.
  • Vaccinatie (nodig bij sommige verre reizen) met verzwakt levend virus, zoals het gele koorts vaccin gaat niet samen met het gebruik van kunnen MMF. Ook vaccinaties tegen bof, mazelen, rode hond (BMR) of tuberculose mogen niet samen met MMF worden gebruikt. Overleg voordat u vaccinaties laat zetten eerst met uw longarts of ild-verpleegkundige.
  • Als u bloeddonor bent kan er geen bloeddonatie plaatsvinden tot zes weken na het staken van medicatie.

Vragen

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar:

Contact

Opmerkingen

  • Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?
  • Ziet u teksten of afbeeldingen met auteursrechten die wij niet hebben vermeld?

Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.

Disclaimer

Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.

scroll terug naar boven