Sondevoeding thuis

Inleiding

U heeft met uw arts samen besloten dat u thuis verder gaat met sondevoeding of hier thuis mee start, wij helpen u graag met een soepele overgang.

Ons voedingsteam heeft u al de belangrijkste informatie gegeven over het gebruik van sondevoeding thuis. Hier kunt u alles rustig terug nalezen, zodat u goed voorbereid bent.

Sondevoeding

Wat is sondevoeding?

Sondevoeding is vloeibare voeding die via een dun, buigzaam slangetje (sonde) direct in uw maag of darm komt. Het bevat alle voedingsstoffen die u dagelijks nodig heeft, zoals koolhydraten, eiwitten, vetten, mineralen, vitamines, water en soms ook vezels.

Wanneer krijgt u sondevoeding?

U krijgt sondevoeding wanneer u door ziekte, een behandeling of een operatie niet genoeg kunt of mag eten. Sondevoeding voorkomt dat u te veel gewicht verliest en helpt uw conditie te behouden. Als u bent afgevallen en uw kracht wilt herstellen, ondersteunt sondevoeding uw herstel en helpt het u weer op te bouwen.

Hoe lang krijgt u sondevoeding?

De duur van sondevoeding verschilt per persoon en hangt af van uw situatie. Voor sommige mensen is een paar weken voldoende, terwijl anderen langdurig sondevoeding nodig hebben. Soms is sondevoeding een aanvulling op uw gewone voeding, omdat u extra voedingsstoffen nodig heeft. In dat geval kunt u daarnaast ook eten en drinken. In andere gevallen vervangt sondevoeding uw gewone eten en drinken volledig. Of u naast sondevoeding ook zelf mag eten en drinken, bespreekt u met uw arts of diëtist.

Het voedingsteam

Het voedingsteam bestaat uit een voedingsverpleegkundige, diëtisten, artsen en een apotheker. Zij geven advies over uw voedingstoestand en begeleiden u bij het gebruik van sondevoeding. Samen zorgen ze voor de juiste aanpak die past bij uw situatie.

Wie doet wat bij sondevoeding thuis?

Wanneer u thuis sondevoeding krijgt, zijn er verschillende personen en organisaties die u ondersteunen. Hier leest u wie welke rol heeft en bij wie u terecht kunt met vragen.

Uw behandelend specialist

  • Bespreekt met u en uw naaste(n) dat u naar huis gaat met sondevoeding.
  • Vraagt aan het voedingsteam, dat alles hiervoor thuis in orde wordt gemaakt.

Het voedingsteam

  • Bespreekt met u welke soort sondevoeding u krijgt en hoeveel u per dag nodig heeft.
  • Geeft aan wat u naast de sondevoeding mag eten en drinken.
  • Bespreekt met u wat u moet doen als de voedingssonde verstopt is.
  • Regelt de machtiging om sondevoeding te bestellen en vraagt verlenging aan als dat nodig is.
  • Zorgt voor de eerste bestelling van sondevoeding, de voedingspomp en andere benodigdheden. U doet daarna zelf de vervolgbestellingen.
  • Laat de eerste levering plaatsvinden op een met u afgesproken tijd en plaats.

  • Draagt de zorg indien nodig over aan de thuiszorgorganisatie.
  • Houdt telefonisch contact om eventuele problemen met de sondevoeding te bespreken.

 De leverancier van sondevoeding en materialen

  • Levert de sondevoeding en de materialen die nodig zijn, zoals de voedingspomp.
  • Legt uit hoe de voedingspomp werkt en is 24 uur per dag bereikbaar voor vragen hierover. 
  • Voor de vervolgbestellingen van sondevoeding en materialen neemt u zelf contact op met de leverancier.

De thuiszorgorganisatie

  • Helpt u bij het toedienen van de sondevoeding en het verzorgen van de voedingssonde (neusvoedingssonde, duodenumsonde of de PEG-/PRG-sonde).

  • Controleert of de voeding volgens afspraak wordt toegediend.
  • Neemt indien nodig contact op met uw huisarts of het voedingsteam voor extra ondersteuning.

De huisarts

  • Bespreekt problemen of vragen over de sondevoeding met u.

  • Schrijft zo nodig een recept voor medicijnen voor.

Sondevoeding en medicijnen

Als u medicijnen gebruikt die u niet kunt slikken of in de vorm van een zetpil kunt nemen, kunnen deze vaak via de sonde worden toegediend. Bespreek dit altijd met uw (huis)arts of apotheker. Sommige tabletten of capsules mogen niet worden fijngemaakt voor de sonde, omdat dit gevaarlijk kan zijn. Uw apotheker kan uw medicijnen zo aanpassen dat ze veilig via de sonde gegeven kunnen worden.

Na het toedienen van medicijnen via de sonde is het belangrijk om de sonde goed door te spoelen. Gebruik hiervoor 20 ml lauw water. Zo voorkomt u dat de sonde verstopt raakt.

Gewicht

Het is belangrijk om uw gewicht goed in de gaten te houden. Zo ziet u of u op gewicht blijft tijdens het gebruik van sondevoeding. Wij raden u aan om 1 keer per week op een vast moment te wegen. Doe dit bij voorkeur zonder kleding of in uw pyjama.

Tips voor veilig gebruik van sondevoeding thuis

Verzorging van de sonde

Een goede verzorging van de sonde helpt verstopping voorkomen. Volg deze tips voor het doorspoelen van de sonde:

  • Spoel de sonde overdag om de 4 uur door met 20 ml lauw kraanwater, tenzij anders afgesproken.
  • Spoel de sonde ook altijd door bij:
    • het aan- en afkoppelen van de sondevoeding
    • het wisselen van de fles sondevoeding
    • voor en na het toedienen van medicijnen via de sonde
    • voor het slapen gaan
    • na het wakker worden

Wat te doen bij een verstopte sonde?

  1. Zet de voedingspomp stop.
  2. Trek met een 10 ml spuit zoveel mogelijk voeding uit de sonde.
  3. Spoel de sonde meerdere keren door met een 10 ml spuit met lauw kraanwater. Druk en trek zachtjes (pompend) aan de spuit om te helpen de verstopping los te maken. Herhaal dit meerdere keren.
  4. Kunt u de verstopping zien? Kneed dan voorzichtig de sonde op die plek. Als de verstopping los komt kunt u de sonde door spuiten met lauw kraanwater.
  5. Lukt het niet? Dan moet de sonde vervangen worden.

Gebruik nooit koolzuurhoudend bronwater of frisdranken.

Contact opnemen bij problemen 

  • Zijn er buiten kantoortijden problemen rondom de sonde die niet kunnen wachten tot de volgende werkdag. Dan kunt u contact opnemen met de betrokken thuiszorgorganisatie: ........................................ 

        Telefoonnummer: .................................................

Hygiëne en houdbaarheid

Een goede hygiëne voorkomt dat bacteriën groeien in de sonde en hulpmiddelen:

  • Bewaar een geopende fles sondevoeding maximaal 24 uur in de koelkast.
  • Vervang een fles sondevoeding die langer dan 24 uur is aangesloten, ook als deze nog niet leeg is.

  • Haal de sondevoeding 1 uur voor het toedienen van een portie sondevoeding uit de koelkast om de voeding op kamertemperatuur te laten komen.
  • Leg geopende sondevoeding niet in de zon of voor een langere tijd buiten de koelkast.
  • Controleer altijd de houdbaarheidsdatum.

  • Spoel hulpmiddelen zoals spuiten en dopjes af met schoon water na gebruik, droog ze goed en bewaar ze in een afgesloten bakje in de koelkast. Vervang deze materialen elke 2-3 dagen.
  • Omdat u minder eet wordt er minder speeksel aangemaakt. Dit kan leiden tot mond- en/of tandproblemen. Poets daarom regelmatig uw tanden en spoel uw mond met mondwater, of neem een pepermuntje.
  • Vervang de pleister bij een neussonde elke 2 dagen, na het douchen of bij veel zweten. Zo voorkomt u dat de sonde te lang op 1 plek drukt of vanzelf uitvalt.
  • Voorkom ongemak tijdens toediening van de sondevoeding:

    • Zorg dat het hoofdeinde iets omhoog staat als u in bed ligt.

    • Zit rechtop tijdens de toediening van een portie sondevoeding om terugstromen van voeding in de slokdarm te voorkomen.

Veelvoorkomende problemen en oorzaken

Diarree

Mogelijke oorzaken:

  • Onvoldoende hygiëne
  • Te hoge snelheid van toediening
  • Te koude voeding
  • Medicijngebruik, zoals antibiotica of laxeermiddelen (Movicolon®, lactulose)
  • Onderliggende ziekte

Obstipatie (verstopping)

Mogelijke oorzaken:

  • Te weinig vochtinname: zorg voor minimaal 2 liter vocht per dag.
  • Geen of te weinig beweging
  • Vezelarme voeding
  • Gebruik van bepaalde medicijnen

Heeft u vragen over deze klachten? Neem dan contact op met uw arts of diëtist.

Uw voedingsschema voor sondevoeding

Sondevoeding

  • Soort voeding: …………………….…….
  • Totaal aantal ml per 24 uur: …………………….…..ml

Wijze van toediening

Met voedingspomp

  • Toedieningssnelheid: ……………………ml per uur
  • Toediening: continu via pomp

Zonder voedingspomp

  • Portietoediening: ………………….……/ dag
  • Hoeveelheid: ………………….…ml/keer

Overzicht van uw sonde en dieet

Sonde

  • Soort sonde: …………………….…….
  • Wanneer ingebracht: …………………….…….
  • Datum vervanging: …………………….…….

Dieet

Het is wel/niet toegestaan om naast uw sondevoeding te eten of te drinken

  • Soort dieet ..................................

Vragen

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vragen tijdens het eerstvolgende bezoek of bel naar:

Contact

Opmerkingen

  • Ziet u een typfout, een taalkundige fout, of heeft u moeite met de leesbaarheid?
  • Ziet u teksten of afbeeldingen met auteursrechten die wij niet hebben vermeld?

Stuur een e-mail naar communicatie@viecuri.nl en we zoeken een passende oplossing.

Disclaimer

Deze informatie is algemeen en geen behandeladvies. De informatie is ook geen vervanging van de afspraken die tussen patiënt en zorgverlener zijn gemaakt. VieCuri kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade als gevolg van mogelijke onjuistheden. Bekijk hier de uitgebreide disclaimer.

scroll terug naar boven