Aanvullend onderzoek: MRI

Aanvullend onderzoek bij verdenking op borstkanker bestaat onder andere uit het maken van een MRI. Hierbij wordt de precieze locatie en grootte van de tumor in de borst vastgesteld. De letters MRI staan voor Magnetic Resonance Imaging, een methode om met een magnetisch veld en radiogolven opnamen te maken van uw lichaam. Deze opnamen bevatten unieke informatie en kunnen van belang zijn bij de keuze voor een borstsparende behandeling of een therapie om de lokale borsttumor te verkleinen.

Voor het MRI-onderzoek krijgt u van de laborante een trainingspak. Eigen kleding en persoonlijke voorwerpen kunnen de MRI namelijk verstoren. Dit geldt ook voor make-up en haarlak. De laborante neemt dit, vóór het onderzoek, nog even met u door. We adviseren u om gemakkelijke kleding en schoenen aan te trekken, zodat het omkleden spoedig verloopt.

In de onderzoeksruimte gaat u op een smal bed liggen dat in een tunnel wordt geschoven. Deze tunnel is aan hoofd- en voeteneinde open. U ligt op uw buik op een onderzoekstafel met uw borsten in twee openingen. De borsten liggen daardoor vrij van de tafel.

Het is van groot belang dat u tijdens deze opnamen stil blijft liggen. Het maken van de foto’s maakt behoorlijk wat geluid. U kunt desgewenst een koptelefoon opzetten met muziek naar voorkeur. In de ruimte is een intercom waarmee de verpleegkundige contact met u kan houden.  

Aanvullend onderzoek: PET-CT scan

Met een PET-scan kunnen kwaadaardige tumoren of uitzaaiingen worden opgespoord. De cellen hierin gebruiken veel energie en hebben een andere stofwisseling dan gezonde cellen. De PET-scan meet dit, maar de beelden zijn minder fijn dan die van een CT-scan. Veel ziekenhuizen combineren deze scans daarom: de resultaten van beide onderzoeken worden samengebracht. Tumoren en uitzaaiingen kunnen zo met grote nauwkeurigheid worden gelokaliseerd.

Radioactiviteit

Bij dit onderzoek wordt gebruik gemaakt van radioactiviteit. U hoeft zich geen zorgen te maken over eventuele risico’s die u loopt. Radioactiviteit is overal aanwezig: in ons lichaam, voedsel, de bodem en de lucht. Alleen een hoge dosis radioactiviteit kan voor mensen en dieren schadelijk zijn. De hoeveelheid radioactiviteit die voor dit onderzoek wordt gebruikt is zo gering, dat u daar geen nadelige gevolgen van ondervindt.

Onderzoek

U meldt zich op het afgesproken tijdstip. Met de medisch nucleair werker gaat u naar een ruimte waar middels een vingerprik het bloedsuikergehalte wordt bepaald. Hierna krijgt u een infuus ingebracht. Via dit infuus wordt de radioactieve vloeistof toegediend. Deze radioactieve vloeistof moet minimaal 45 minuten inwerken. Tijdens deze periode is het noodzakelijk dat u zo stil mogelijk blijft liggen en niet praat. Na de rustperiode komt de medisch nucleair werker u weer ophalen.

Voordat het onderzoek dan kan beginnen, gaat u nog even naar het toilet om uw blaas helemaal te legen. Daarna neemt de medisch nucleair werker u mee naar de onderzoeksruimte. U komt op een tafel te liggen die door de PET-CT scan schuift. Wanneer er gebruik wordt gemaakt van jodiumhoudend contrastmiddel, wordt dit aangesloten op een infuus. Tijdens het inspuiten van de contrastvloeistof kunt u een warm gevoel krijgen. Het is belangrijk dat u tijdens het maken van de scan goed stil blijft liggen.

De scan duurt ongeveer 30 minuten. De totale duur van het onderzoek is ongeveer 2 à 2,5 uur. Gedurende het rusten en het maken van de scan zijn begeleiders niet toegestaan.

Uitslag

Aan de hand van de beelden, die in een computer worden opgeslagen en vervolgens worden bewerkt, maken de nucleair geneeskundige en de radioloog een verslag. Dit verslag gaat naar uw behandelend arts. De behandelend arts brengt u op de hoogte van de resultaten van het onderzoek.